Autotochten vanuit Lombez
Markt in Carbonne
Over een spraakzame hoefsmid, zijn dorpje, en nog
veel meer
Uitstapjes in de omgeving
van Lombez
Via de Ariége naar de
Middellandse Zee
Het Lac de Fabas
Met de auto naar
Gavarnie
Mooi
uitzicht over de heuvels en dalen zuidelijk van Lombez aan weerszijden van de Save
Naar de
Barrage de lAstarac
|
Een goed alternatief voor de wat beperkte markt in Rieumes op donderdagochtend
is de markt in Carbonne, aan de Garonne bereikbaar via D119 of D626, beide
routes zijn prachtig en zeer gevarieerd qua uitzicht.
|
|
|
De markt is ook zeer veelzijdig en biedt vele kramen met spullen van hoge
kwaliteit, vooral groenten, fruit, noten, kazen en kruiden; natuurlijk als op
alle markten de kleding-kramen, in Frankrijk is het vrij gebruikelijk om
kleding op markten te kopen.
Een echte grote Franse markt, in een plaats waar ook wel wat te zien is (zie
foto's). |
|
Over een spraakzame hoefsmid, zijn dorpje, en nog
veel meer
Vriendelijk
lachend staat hij op de foto, hoefsmid in ruste, de laatste van Monblanc.
Met zijn wat gekromde houding, buikje en wat grijzige baard en haardos, maakt
hij weliswaar een wat oudere indruk, maar zijn werkelijke leeftijd zou heel goed
mee kunnen vallen.
Miep, Ad, Gerda en ik kwamen hem tegen aan het eind van een
verschrikkelijk leuk dagje uit. Uit vanuit het heerlijke huis van Miep in Lombez
op een werkelijke stralende dag in september door het fraaiste landschap van de Gers
dat je maar denken kunt.
We
waren, de D626 volgend, al op tal van bijzonderheden gestuit, zoals de kerk in Pouy-de-Touges (of was het in Gratens?) en het gedenkteken voor de vele gevallenen in
de vorige eeuw. De voor deze streek karakteristieke torenspits, die niet veel
meer is dan een hoge façade voor het eigenlijke schip van de kerk, ben ik
elders in Europa nog niet tegengekomen. Hooguit hebben de neoclassicistische
torenfronten in Spanje hier wat van weg, waarvan we er in Den Haag ook een
hebben. Op de foto is te zien wat het leukste aan zo’n platte, brede toren is,
nl. de trappen en bordessen, opgehangen tegen de achterkant. En wat ik me op dit
moment afvraag: is deze constructie bedoeld om de torenklokken voor onderhoud te
bereiken of bestijgt men de trappen
om de klokken bij bijzondere gelegenheden met de hand aan te zwengelen?
Over
zwengelen gesproken; Gerda lijkt echt water te willen pompen over... ja wat ligt
daar: een molensteentje?
Ons doel was het fraaie en op deze dag hete stadje Carbonne
aan de Garonne, de snelstromende, daar nog meanderende rivier, richting
Toulouse. Vanaf de hooggelegen kademuur heb je er een prachtig uitzicht op, met
aan de overkant de oplopende heuvels en bergen van de Pyreneeën. En nu moet ik
mij beheersen om niet de later die week bedwongen Col du Tourmalet te
memoreren, want dat is een ander verhaal...
Carbonne
dus, ga er heen op de marktdag (donderdag) en je kunt je hart ophalen aan
kleurrijke marktkramen met overheerlijke groente, fruit en kaassoorten: een
kolfje naar de hand van onze Miep en Ad, die niet moe worden tal van etenswaren
te proeven en uiteraard de lekkerste dingen te kopen.
En wat nam kaasfreak Miep mee: een lekker stukje Pyreneese schapenkaas!
Ruim namen we de tijd om een petit café te drinken op het
terras, terwijl de kooplui allengs aanstalten maakten hun overgebleven waar in
te pakken.
Zoals
in vele plaatsen was ook daar de overdekte markthal te bewonderen, veelal met
een classicistische gevel met fronton en gietijzeren dakspanten.
Tegenover de straat waar de markt plaats vindt ligt het
plaatselijke park – een rambla-achtige plek waar ook marktkramen staan. Vlak
daarbij ontdekken we ook een huis waar blijkens een plaquette de oprichter
woonde van de lokale section Socialist.
Na, wat heet: het copieuze en beslist niet dure, dejeuner
in Carbonne, vingen we de terugreis aan. ‘Terugreis’ weliswaar, maar
natuurlijk niet over dezelfde weg. Al toerend gingen we de brug over de Garonne
over en kwamen in de wat steilere uitlopers van de echte bergen terecht.
Met
een wat omtrekkende beweging via de D28 bereikten we St Sulpice sur Lèze waar
we de zoveelste stop maakten. Ditmaal om de op dat moment weldadig rustige kerk
te betreden en het absoluut merkwaardige interieur te aanschouwen. Er hangen
niet alleen moderne, wat glitterachtige, lichtkronen in het schip, er zijn ook
middeleeuwse muurschilderingen te zien en een heel lief beeld van een dikwangige
Jezus die Jozef, z’n ietwat korzelige aardse vader, in de baard kriebelt.
Heeft de goede man niet een straffende roede in z’n rechterhand? Loop je de
kloostertuin in, dan kun je door het oriëntaalse bladerdak de toren
fotograferen, een zeskantige toren weliswaar, maar niet met gelijke zijden. Zie
de foto, waarop ook al die waterspuwers mooi tot uiting komen. Even terug de
kerk in om de fresco’s niet te vergeten: hoe paradijselijk dat uitje ook was,
hier zie je wat mogelijk na dit leven ons kan overkomen: deels door een glas in
loodraam verdreven duivels die naakte stervelingen, hun zondenregisters op de
borst, naar het hellevuur verwijzen. Kan toch niet dat het alleen maar vrouwen
zijn?
Na
deze uitspatting – we memoreren nog even de overwelfde trottoirs, arcades, die
je feitelijk overal tot in Engeland toe (de beroemde rows in Chester
bijvoorbeeld), kan tegenkomen – komen we verderop door het stadje Bérat, waar
we even onder de voormalige mairie annex feestzaal doorlopen. Dit nu leegstaande
eclectische bouwwerk werd in 1907 op betonnen kolommen neergezet: bijzonder want
de begintijd van het bouwen in beton! Het hele skelet is in beton uitgevoerd. De uitnodigende buitentrappen zijn afgesloten en het gebouw
lijkt leeg te staan, maar behalve de klok in de middenrisaliet zijn ook de
Jugendstildecoraties in de raampartijen het aanzien waard.
En
dan zijn we in Monblanc! Een naam die je eerder aan de Alpen doet denken.
We reden met een rustig vaartje door dit lieflijke dorpje en zagen pas in de
achteruitkijkspiegel hoe aardig de ‘gevel’ van de kerk eruit ziet. Aldus
zouden we bijna de unieke inkijk hebben gemist in de lokale geschiedenis en het
sociale leven van de hoefsmid en zijn dorpsgenoten..
Teruglopend staan we plots oog in oog met de vriendelijke
man uit het begin van dit verhaal. Als vanzelf ontwikkelt zich een ongemeen
boeiend gesprek over de smederij waar we voor staan, de petit histoire daarvan,
de dorpscultuur, het kerkje en ook over de ‘molensteen’ die we aan de
overkant van de weg zien liggen.
Op
de foto is goed de houten inrichting te zien waar vroeger de paarden werden
beslagen: mis dus! Dat waren geen paarden, zoals bij ons, maar runderen! Vanaf
de middeleeuwen tot ver in onze tijd moesten de ‘boeufs’, de ossen
landbouwwerktuigen, zoals de ploeg en de eg voorttrekken. Zij werden daartoe
beslagen bij de hoefsmid, zijn vader en diens voorvaderen en de man legt uit hoe
dat met die gespleten hoeven in elkaar zat.
Later die week ontdekken Ad en ik in
La Salle Henri Martin van het indrukwekkende Capitole in Toulouse
een levensgroot tafereel op de muur, waar op pastorale wijze zo’n vijftal
trekspannen met ossen het golvende land van de Gers bewerken. En terwijl Gerda
zaadjes van de mirabilis verzamelt voor de tuin, tracht de
hoefsmid ons antwoord te geven op de vraag in welke tijd de runderen beslagen
weren om het land te bewerken. En dan wreekt ons gebrekkige Frans zich, want
eerst horen wij dat de beesten eerst volwassen moesten zijn daarvoor en dan dat
dit in het voorjaar en de zomer was om tenslotte antwoord te krijgen op de
bedoeling van onze vraag: nl dat de brave trekdieren nog dienst deden tot kort
na de Tweede Wereldoorlog toen mechanisatie en tractoren dit werk overnamen.
Aan
de overkant van de smederij ligt een soort molensteen: kleiner en dikker dan
gebruikelijk. De smid legt ons geduldig uit dat ook deze door ossen
voortgetrokken werd met behulp van een ‘cadre’. Op bijgaande afbeelding (uit
een brochure over de Ariège) is te zien hoe dat ging, zij het dat hier
paardenkracht in het spel is. Het graan werd geplet door de steen en aldus
werden de korenhalmen gedorst.
Trots is de oude baas ook op de plaatselijke kerk
die de ‘mooiste’ is van de hele streek. Het is de enige met vijf klokken, zo
meent hij – onkundig van onze eerste stop bij de toren van Pouy-de-Touges... Het dorpje
telt ongeveer 300 inwoners maar er is een actief cultuur- en sportleven, zoals Salsa, gym
en footbal. Ook zou 80 procent van de mensen de kerk geregeld bezoeken; een ware
ontmoetingsplek dus. Na een hartelijk afscheid en een laatste blik op het in
zijn eenvoud rustieke kerkje - 3 spitsjes, 5 luidklokken, een uurwerk (we waren er dus tegen
vieren),
een simpele guirlande, 2 steunberen en een overwelfd portaal – rijden we moe
maar voldaan (zoals dat heet) naar ‘huis’. En nog zo’n platitude: een dag
om nooit te vergeten!
Dit is het relaas van een dagje uit op donderdag 22 september 2005.
Uitstapjes in de omgeving van Lombez
In Z.O. richting, richting
A64 en Ariège
Heen via D28, vanaf La
Rente-Samatan richting Rieumes
Deze route loopt dan weer zacht glooiend, maar meestal met adembenemende uitzichten over lage, zeer gevarieerd
begroeide "berg-" kammetjes naar het wat ingeslapen dorp Rieumes, dat
op donderdagochtend echter klaar wakker is door een leuke markt, niet zo groot
als die van Samatan, maar wel de moeite waard.
De gegrilde poulet de Campagne en gekruide gebakken aardappelen die wij er voor
een warme lunch meenamen waren fantastisch.
Er zijn ook winkels en cafe's, (tussen)stop in Rieumes aanbevolen.
Terugweg via D626 Montpézat
- Lombez
Hier heel andere uitzichten, bij helder weer
natuurlijk ook weer de Pyreneeën links als meer of minder helder stralend decor.
In Z.W. richting Lannemezan, Pyreneeën
Via l'Isle-en-Dodon en de D17 richting Lannemezan
Bezoek aan Lannemezan is de moeite waard. Mooi
centrum, wel beperkt, dus met name geschikt als tussenstop voor een terrasje of
de kijken naar de chique winkels.
De weg terug kan ter afwisseling via D17, - in Blajan
de D633 ri. Boulogne - D632 ri. Lombez. Onderweg komt men vlak voor de afslag
naar l'Isle-en-Dodon langs het landelijk gelegen restaurant (en gratis museum)
Moulin de Sabaillan (klein weggetje naar rechts), een oude watermolen middenin
het agrarische land in het dal van de Gesse.
Een bezoek is vooral (maar niet alleen) voor het eten
de moeite waard.
In N.W. – richting (Auch)
Heen: D4 Samatan - Gimont – Auch
Terug: via D626 - Pessan – Castelneau – Saramon - Lombez
Bezoek / tussenstop aan Saramon
is de moeite waard.
L’Isle-Jourdain
via Chateau de Caumont
Een mooie alternatieve route is via de D39 van
Samatan langs Chateau Caumont.
Bezoek met rondleiding was voor ons de moeite waard.
Reserveren of vooraf aanmelden bleek ('s middags)
niet nodig.
De oprit is ongeplaveid en soms modderig na
overvloedige regen.
Voorbij dit Chateau kan men op diverse manieren
binnendoor naar L'Isle Jourdain (Kaart!)
De gemakkelijkste weg is ergens een afslag naar
rechts te nemen richting de D634 naar l'Isle-Jourdain, maar veel mooier is via
smalle weggetjes in de buurt van Marestaing - Monferran de N124 op te zoeken.
Vooral ook in tegengestelde richting een prachtige route met schitterende
uitzichten over het Save-dal.
Aan de oostelijke uitvalsweg van
L'Isle Jourdain is een
recreatie-plas met wat meer allure dan die van Samatan, met een restaurant en
grote terrassen met uitzicht op het water.
Op zondag tussen de middag druk bezet met vele
warm-lunchende Franse families.
L’Isle-en-Dodon
Rijd met
de auto (of motor) eens de als fietstocht beschreven
alternatieve route via Espaon (met respect voor de fietsers natuurlijk!).
Een mooie alternatieve route is bij de (zij-) uitgang
van het parc schuin rechts langs de linkerkant van de golfbaan richting
Sauveterre, langs de begraafplaats,
op het kruispunt bij het kruis scherp linksaf, naar
de D632 (naar beneden),
de D632 oversteken (voorzichtig!), links-direct-rechts via de brug over de Save het dal door tot het kruispunt met de D537, aldaar
rechtsaf naar Espaon, in Espaon rechtdoor via de D81 naar L’Isle-en-Dodon, daar kom
je het dorp binnen bij het Jeux-de-Boules pleintje, nog voor de brug over de
Save.
Gorges de la Save
info bij receptie of VVV Samatan, o.a. over kajak-verhuur
D626 Lombez-Montpezat, 3km voorbij Montpezat : rechtsaf de D3 op, volgen tot Ciadoux.
Door Ciadoux naar Montgaillard, Charlas, Gorges de la Save.
In de naaste omgeving, behalve de Gorges, ook gallo-romeinse ruines (o.a. een
villa, thermen), in de omgeving van Cardeilhac een arboretum (bomentuin), in
Montmaurin een museum, in Lespugues ruines van een château.
Als U buiten Lespugues (bij parking bij ruines) verder naar beneden
rijdt, komt U vanzelf, als U de weg verder naar beneden volgt, bij de Gorges de la Save (beneden linksaf).
Terugweg uit dit gebied kan via D17 of D632 richting Lombez.
Samatan
Op maandagochtend is een ritje naar Samatan aan te
bevelen, de markt is een belevenis. In de overdekte hal naast de Shopi is er
beestenmarkt, en het is er gezellig druk. Hier kan men ook diverse groenten en
fruit kopen van particulieren.
Op het pleintje met het monument (en het PMU cafe) is
een zijstraat met de VVV met (gratis toegankelijk) streekmuseum.
Hier zijn vele folders en info over activiteiten in
de streek verkrijgbaar.
De pin-automaat bij de banken hebben vaak lange
rijen, vaak zijn de automaten overbelast.
In Samatan zit langs de marktwand tegenover de Groupama een internet-cafe.
Het is niet groot en niet altijd open, maar je kunt er iets drinken en je PC
laten repareren.
En vooral via web-mail je mail lezen voor 1 Euro per half uur....
Het internet-cafe is open:
- 's maandags van 9:00 tot 13:00
- dinsdags t/m vrijdags: 10:00 tot 13:00 en 15:00 tot 18:30
- Telefoon 05 62 62 2780
Lombez
In Lombez schuin tegenover de bakker kun je prima
pinnen (bij Credit Agricole).
De wijnwinkel verkoopt goede wijn, ook los bijv. in
lege frisdrank-flessen.
De omgeving van de Intermarche: Ambachtelijke bakker, pizzawinkeltje (beperkt geopend), creperie, goedkope benzinepomp
De heuvels in
Het is fantastisch (liefst met
een gedetailleerde kaart) over de overal geasfalteerde weggetjes door de heuvels
te toeren.
De motorrijders en ATB-fietsers
met klein verzet zijn hier in het voordeel.
Heel mooi is bijv. de smalle
weg langs Chateau Labusquiere (overkant Save-dal, kruis de D632 NW-ZO), volg
deze weg tot hij de D202 kruist (gehucht La Prade), daar links-direct-rechts
naar Montadet , bij Lacassagne rechts aanhouden, uiteindelijk kruis je altijd
wel ergens de D176.
Links (Noord) is dit de weg naar Samatan, als je
onderweg op de kruising met de D626 linksaf gaat kom je in Lombez. Mooier is:
Als je de D176 zuidelijk (rechts) volgt, en voorbij Frontignan-Saves de D96 in westelijke richting volgt
kom je in Martissere, alwaar de D90 in Z.W. richting en kort daarna de D55 in
westelijke richting je uiteindelijk in de buurt van L’Isle-en-Dodon brengen.
Een afslag anders en je zit weer in een andere wereld, met iedere keer nog
mooiere vergezichten. Vooral de wegen over de berg(heuvel)kammen zijn prachtig. Maar vaak smal, vooral de
ongenummerde wegen.
Bij dreigend verdwalen:
- De D81 loopt (Z-N) van L’Isle-en-Dodon naar Espaon
- De D537 loopt in het verlengde van de D81 Z-N van
Espaon naar Lombez
- De D90 loopt Z-N door Martisserre en wordt ten N van
Martissere D202
- De D202 loopt in N- richting naar Lombez (nabij
Intermarche-industrieterrein)
- De D176 loopt Z-N van Frontignan-Saves naar Samatan
- De D626 loopt ZO-NW van Carbonne - Montpézat -
Lombez
- De D119 loopt W-O van Lombez naar Monblanc maar heet
ten O van Monblanc richting (Rieumes, Carbonne) D28.
Er zijn nogal wat wegen die van nummer veranderen bij
passeren van de departementsgrens Gers – Haute-Garonne.
Dit is o.a. het geval bij D81-D537, D119-D28,
D17-D9-D632
Klein tochtje naar Simorre
Binnendoor via Sauveterre de borden Simorre volgen
(D234, D242) zowel heen als terug een prachtige route.
Alternatieve heen-weg: via de D626 (richting Lombez,
voorbij de pomp de 1e weg scherp naar links) richting Saramon, daar richting
Simorre.
Deze route geeft een schitterend uitzicht op het
'achterland' van Château de Barbet, en staat op de Michelin-kaart gemarkeerd als
schilderachtig traject (groen).
Via de Ariége naar de Middellandse
zee (BK)
(een tocht voor 2 dagen)
Vroeg in de ochtend verlaat u het Parc, gaat naar de hoofdweg –de D632 –
en slaat rechtsaf.
Na enkele kilometers komt er een splitsing. Voor de eerste 20 km van deze
route moet u nu kiezen.
-
Wilt u snel
verder of kent u de weg naar Boulogne al, dan slaat u af naar
l’Isle-en-Dodon.
Daar aangekomen neemt u de een afslag rechts, de D17 richting St. Gaudens. U
rijdt deze weg af
(17 km) tot een groot kruispunt genaamd Rebirechiolet. Nu slaat u links af.
- Wilt u een
mooiere route, of kent u de andere route, rij dan rechtdoor. In Boulogne
aangekomen neemt u op de rotonde de D635, richting St. Gaudens. Deze weg
rijdt u af ( 7km) en komt dan bij hetzelfde kruispunt Rebirechiolet. U rijdt
nu rechtdoor.
Kort hierna komt er
een kruispunt. Hier slaat u linksaf, D 635 richting Aurignac.
Tip voor later:
Even voordat u in Aurignac aankomt ziet u rechts van de weg een parkeerplaats.
Vanaf deze parkeerplaats leidt een zandweggetje naar de vindplaats van een
“Abri” waar resten zijn aangetroffen van mensen die daar 30.000 jaar geleden
woonden. Ook de overblijfselen van het kasteel in Aurignac zijn een bezoekje
waard.
In Aurignac volgt u de weg naar St. Martory (Hier twijfel ik even aan mijn
aantekeningen; ik meen dat het de D8/D52 is).
In St. Martory aangekomen rijdt u over de
prachtige brug over de Garonne. U bevindt zich nu op de D 117.
Deze weg, de D 117, gaat door tot aan de
Middellandse zee.
Direct over de brug is er rechts een parkeerplaats. Ik raad u aan hier even
te gaan staan om terug te wandelen naar de brug en deze even te bekijken.
Ga nu door op de D 117. U rijdt nu het departement Ariége in en gaat via St.
Girons naar Foix. Aan de linkerkant van deze weg zijn enkele ruime
parkeerplaatsen waar u even kunt verpozen.
In Foix houdt u de D 117 aan, richting Lavelanet-Puivert-Quillan. Het eerste
deel van deze route is minder interessant; na Puivert wordt het echt spannend.
De weg klimt eerst vrij heftig, om daarna af te dalen naar Quillan. Zou u even
een stop willen maken: in een scherpe bocht ligt hier een parkeerplaats links.
Daar staand kunt u per voet de weg oversteken voor (aan de linkerkant van de
weg) een prachtig uitzicht op Quillan.
Tip voor later:
Quillan is ook een uitgangspunt voor diverse excursies. Mijn gids “Lannoo’s
autoboek Frankrijk ISBN 90 209 07115” (een aanrader) vertelt hierover meer.
Het traject van Quillan tot St-Paul vind ik persoonlijk het meest
indrukwekkende van deze route. Steile bergwanden links en, diep beneden in het
dal rechts een bergbeek.
Na St-Paul-de-Fenouillet verandert het landschap. Het wordt vlakker en de
invloed van de Middellandse zee doet zich in de begroeiing gelden.
Volg nu de richting Perpignan. Even voor de binnenstad is er een afslag richting
Canet. Canet is het
eindpunt voor de eerste dag. Hier zijn buiten het hoogseizoen mogelijkheden te
kust en te keur om te overnachten. Wij kozen “Hotel du Port”, 21 boulevard
de la Jetée, een driesterren hotel: eenvoudig maar netjes. Wilt u reserveren:
tel. 04 68 80 62 44, fax. 04 68 73
28 83; internet www.hotel-du-port.net
Op de tweede dag rijdt u
Canet uit, richting St-Cyprien. Links de zee, rechts de “Etang de Canet et de
St. Nazaire”. Met een beetje geluk ziet u hier flamingo’s.
In St-Cyprien is het even
wat zoeken. Het is nu de bedoeling dat u weer op de grote doorgaande weg komt,
de N114 die van Perpignan naar het Zuiden gaat. U kiest voor de Zuidelijke
richting. De weg gaat steeds hoger en geeft een prachtig uitzicht op de
Middellandse zee. De vierbaans eindigt even na Collioure. Nu gaat u verder over
een slingerende, als het ware tegen de rotsen klevende weg, met links beneden de
zee.
Even goed opletten: op een
bepaald moment draait de weg naar rechts om een rots, maar ziet u voor u aan de
linkerkant een verkooppunt van wijn op een parkeerplaats. Als u het aandurft de
weg over te steken is dit een prachtig uitkijkpunt.
Aan u nu de keus of u nog
verder wilt: naar Banyuls, Cerbère en Port Bou (vermoeiend om te rijden, maar
wel mooi) of dat u terug gaat.
Teruggaand neemt u de
afslag Collioure en rijdt u Collioure in. Mijn Lannoo’s autoboek zegt “Zeer
schilderachtige vissershaven en badplaats, geliefd bij kunstschilders, gebouwd
rondom een baai aan de voet van steile rotsen”.
Na dit bezoek aan de “Côte
Vermeille” begint de terugreis. Twee mogelijkheden:
-
u neemt de weg
terug zoals u bent gekomen. Toch weer heel anders omdat u nu van de andere
kant komt en dus andere dingen ziet. Bij St. Girons rijdt u door naar St.
Gaudens en van hier volgt u de D5, richting Toulouse. Deze weg komt dan weer
uit bij het eerdergenoemde kruispunt Rebirechiolet, vanwaar u de weg naar
Lombez neemt;
-
u gaat via de
autoroute naar Narbonne – Toulouse. U passeert Carcassone Hierna zijn er
weer twee mogelijkheden
-
of: u rijdt
via de autoroute door naar Toulouse, neemt de afslag Auch en op de weg
naar Auch de afslag Lombez,
- of: u verlaat
de autoroute bij Villefranche de Lauragais en rijdt terug via de D622 naar
Auterive. Houdt richting Rieumes aan Dit is de D622 en daarna de D28.
Daarna ziet u al de borden Lombez-Samatan, dus wijst het zich vanzelf.
Prettige reis!
Bart Kuijer
Op een van
onze tochten in de omgeving namen we in l'Isle-en-Dodon de D6 en sloegen na enige tijd
rechtsaf, de D3 volgend. Hoewel we via Fabas naar Eoux wilden, maakte een bordje "le
Lac" ons nieuwsgierig. Dit bordje volgend kwamen we bij een vrij groot en, door de
omzoming met sparren, haast onFrans meer.
Het meer (geen stuwmeer) ligt in het Forêt de
Fabas. Het is er onwezenlijk stil. Het water heeft, waarschijnlijk door de weerspiegeling
van de omringende bossen, een groen-blauwe weerschijn en is kristalhelder. Echt de
moeite waard om er eens te gaan kijken. Wij vonden het schitterend; graag hoor ik eens wat
u er van vindt.
Met de auto naar Gavarnie
(Hoewel we meerdere malen in Gavarnie zijn geweest, volgden we op 11 mei voor het
eerst deze route. Kort daarvoor had het echter nog zo gesneeuwd, dat de weg over de
Tourmalet was afgesloten en we ons einddoel -de Port de Gavarnie- niet konden bereiken.
Daarom een verzoek: als u deze route hebt gereden, wilt u mij dan berichten over uw
bevindingen? Dan kan ik daarmee deze beschrijving completeren. Bij voorbaat dank.)
Verlaat het parc en sla rechtsaf, richting Pyreneën.
Houdt de richting Boulogne sur Gesse aan
Rijdt door Boulogne en neem direct na Boulogne de richtin Castelnau-Magnoac
Voor Castelnau-Magnoac krijgt u een kruispunt (rotonde). Sla hier linksaf, richting
Lannemezan
Rijdt Lannemezan in en volg de weg richting Capvern
Rijdt door Capvern. Na Capvern ziet u al gauw in de verte een groot kasteel, het
kasteel van Mauvezin.
Volg,
daar dichtbij aangekomen nu niet langer de doorgaande weg, maar neem de afslag naar het
kasteel. Een bezichtiging van dit kasteel is alleszins de moeite waard. U loopt onder
andere kans verwelkomd te worden door een bard (minnestreel) die op door hemzelf
nagebouwde historische muziekinstrumenten oude volksliedjes ten gehore brengt. Bij helder
weer hebt u op het dak een schitterend uitzicht op de bergen en dalen rondom het
kasteel.
Vervolg nu de weg, richting Bagneres-de-Bigorre.
Dit stadje heeft in het centrum leuke terrasjes.Tijd voor een drankje?
Vervolg de route door
richting Campan/ Pic du Midi te
rijden. Dit
is de D935
U zou kunnen overwegen om, als de tijd dit toelaat -als u bijvoorbeeld niet 's avonds
de processies in Lourdes wilt zien- het observatorium op de Pic du Midi de Bigorre te
bezichtigen. Hebt u
plannen daartoe, bel dan vooraf 05 6295 5071; de kabelbaan gaat niet op dagen met (veel)
wind. De eerste tocht gaat 9.30 uur en de laatste 16.30 uur De Pic is toegankelijk
vanaf 1 juni tot en met 30 september.
Let op Tourfans!
Nu gaat u door, over de Col de Tourmalet naar Luz St
Sauveur.
In Luz neemt u de D 921 richting Gèdre en Gavarnie
In Gavarnie *) aangekomen hebt u twee keuzes:
- linksaf het
toeristisch centrum in, om te voet of per paard/ezel naar de Cirque de Gavarnie te gaan.
Hier is in een prachtige entourage de hoogste waterval van Europa te zien. (Meer kan ik u
er niet van vertellen; wij zijn daar nog niet geweest).
- rechtsaf volgt
u de weg. Deze kronkelt omhoog. U komt nu in een Nationaal Park. Links van de weg ziet u
grote steenhopen waarop meestal grote marmotten te zien zijn. En houdt nu ook rekening met
andere weggebruikers als schapen en geiten.
De weg kronkelt naar boven en eindigt op een parkeerplaats. Nu bent u op de Port de
Gavarnie. Hier heeft u een prachtig uitzicht op de bergtoppen rondom. Rechts gaat een smal
voetpad over de heivels naar een leuk meertje. Kijk ook naar boven; vaak geven grote
roofvogels acte de presence. Een uitstekende pic-nic plaats.
Als het inmiddels laat in de middag is zult u, bijna beneden gekomen tegenliggers krijgen;
paarden en ezels die, na een dag werken, zelf vrij terug lopen naar de grasvelden in de
bergen.
Rijdt nu terug
richting Lourdes. Wilt u de processie in Lourdes zien, dan hebt u even tijd om in een van
de vele restaurantjes langs de weg naar Lourdes een hapje te eten; de avondprocessie
begint om 9 uur.
Borden in de stad geven aan waar u moet zijn voor een parkeerplaats en de processie
Verlaat daarna Lourdes en rijdt richting Tarbes.
Borden geven u de richting aan naar de autoroute richting Toulouse; volg deze tot
Lannemezan. Hier verlaat u de autoroute, houdt richting Auch aan tot u op een rotonde een
bord richting Lombez ziet. Deze borden volgend komt u weer aan op het Parc.
Goede reis!
Bart Kuijer
*) Zie voor meer informatie de ANWB-reisgids Pyreneeën ISBN 90-18-00937-7
Afstand
plm. 50
kilometer
Deze route biedt een mooi
uitzicht over de heuvels en dalen zuidelijk van Lombez aan weerszijden van de Save.
Traject: Lombez > Sauveterre >
Tournan > Puymaurin > lIsle-en-Dodon > Mirambeau > Espaon > Lombez
Verlaat Lombez via de Route de Boulogne. Na ongeveer 2 kilometer ziet u het Parc
Residentiel "Château de Barbet". Neem direct na het parc de zijweg rechts,
[D234] Sauveterre
De weg klimt naar Sauveterre. Kies hier de rechter weg, door Sauveterre. In Sauveterre
links aanhouden
Houdt nu voorlopig de richting Simorre aan. Langs de weg ziet u twee keer een bordje
"Auberge".
Op een bepaald moment daarna komt u op een splitsing waar de weg links leidt naar een
"Auberge 100mtr"
Ga niet richting Auberge maar houdt rechts aan.
Op een bepaald moment maakt de weg een scherpe bocht naar rechts. In de bocht staat het
bord "Simorre"
Volg nu echter niet de weg naar Simorre, maar rijdt recht door en ga na ongeveer
dertig meter linksaf
De weg gaat nu door een stukje bos. Kort daarna is soms links, soms rechts het dorpje
Tournan zichtbaar.
Even voor Tournan gaat de weg steil omhoog. Let hier nu goed op en kijk uit, want
voor u het weet staat u midden op de [D129] richting Simorre.
Steek deze doorgaande weg over en rijdt Tournan in. Links ziet u de kerk ("..de
kerk zijn we even in geweest. In de deur stak een sleutel en na twee keer omdraaien ging
de deur open. Een sobere kerk..") en rechts een tiental huizen. Rijdt rechtdoor en
blijf de weg volgen die vrij steil omlaag gaat.
Naar verloop van enkele kilometers komt u uit op een brede weg. Dit is de [D632], de
weg van Lombez naar Boulogne. Sla hier rechtsaf, richting Boulogne.
Rijdt voorbij het eerstvolgende grote kruispunt en door totdat u links een bord ziet
naar Puymaurin. Neem deze afslag links [D55f] Puymaurin.
De weg stijgt nu naar Puymaurin. Boven gekomen slaat u links af en rijdt Puymaurin
binnen. Volg de weg (links om de kerk), waardoor u op een pleintje met een cafeetje
komt.
Als het cafeetje open is, kunt u hier een verversing gebruiken. De eigenaar woont
tegenover het café. Als u koffie bestelt gaat ie terug naar huis om even later met een
pot vers gezette koffie terug te komen. U kunt er ook een partijtje tafelvoetbal
spelen.
Verlaat nu Puymaurin en volg de weg [D55] totdat u na Puymaurin een afslag
lIsle-en-Dodon krijgt. Neem op deze T-splitsing de richting lIsle-en-Dodon
(rechtsaf) . Let op: deze weg heeft een helling van 18%!
Bij lIsle-en-Dodon gekomen neemt u de afslag rechts, de [D6] lIsle-en-Dodon
en volg de borden "Centre ville".
U komt nu op de markt met een gefortificeerde kerk. U kunt rondom de kerk rijden en
deze ook bezichtigen.
De route die u reed vervolgend, komt u op een rotonde die u op negen uur verlaat (dat
wil zeggen, driekwart rond rijdt); direct daarna gaat u met een brug over de Save.
Kort daarna ziet u links een afslag, [D81] richting Espaon.
Volg deze weg totdat er rechts een afslag [D81f] Mirambeau komt. Neem deze
afslag.
De weg klimt nu vrij steil; blijf de richting Mirambeau volgen. In Mirambeau (ook hier
net als in Tournan: een kerk, een mairie en enkele huizen) ziet u links een waterreservoir
en parkeerplaatsen. Boven bij dit reservoir hebt u bij helder weer een prachtig uitzicht
naar alle kanten.
Neem, bij het verlaten van Mirambeau, onder aan de heuvel gekomen, niet de afslag naar
rechts waar u vandaan bent gekomen - maar sla linksaf.
Na verloop van enkele kilometers neemt u de afslag links, de [D265]
Espaon.
In Espaon slaat u rechtsaf de [D537] Lombez.
Na ongeveer 3 kilometer ziet u links een huis met een grote treurwilg. Hier is een
afslag naar links die leidt naar de "Minoterie dArparens". Neem deze
weg.
Na ongeveer een kilometer gaat u met een bruggetje over de Save.
Nu komt u weer op de [D632], de weg van Lombez naar Boulogne. Sla nu rechtsaf, richting
Lombez; na enkele kilometers ziet u links weer het Parc residentiel "Château de
Barbet"
Figuur 1 Plattegrond van het gebied met een
ingetekende route
Klik op het plaatje om het groot te zien
Afstand: 55 km
Door het aanleggen van een stuwdam
(barrage) in het riviertje de Arrats ontstond in 1976 de Barrage de lAstarac. Het
stuwmeer, dat hemelsbreed zon twintig kilometer ten zuidwesten van Lombez
ligt, is
180 hectare groot. De zuidoostelijke oever van het meer wordt begrensd door bossen
(zie foto) en zijn er recreatievoorzieningen in de vorm van picknicktafels. Volgens de borden
mag er niet worden gebaad, maar met dat voorschrift neemt men het kennelijk niet zo
nauw.
Vissen is toegestaan, mits men beschikt over een Carte de Peche en een
Carte des Lacs. Vissen vanuit een bootje is niet toegestaan.
Deze beschrijving leidt u naar
de zuidwestelijke oever. De beschreven terugweg gaat rondom het meer.
De heenweg (plm. 25 km)
Volg de weg die langs Château de Barbet loopt de [D632] in zuidelijke
richting. Houdt bij de wegsplitsing na plm. 7 kilometer de richting Boulogne
aan.
Neem na plm. 10 kilometer de afslag rechts, de [D78] [D171] richting Monbardon. Na plm.
3,5 km steekt u de [D12] over en blijft richting Monbardon rijden. U komt nu door
Monbardon en door Monties. Ongeveer 2 kilometer na Monties verlaat u de [D171] en slaat u
linksaf om zo via de [D283] in Aussos aan te komen.
Neem nu, direct na de kerk in Aussos, de afslag rechts. Na ongeveer 1 km komt u op een
wegsplitsing. Hier staat links op de hoek een boerderij. Als u nu naar rechts kijkt ziet u
daar naar ongeveer dertig meter een bordje dat wijst naar een parkeer- en picknickplaats.
Volg deze richting; dat betekent: hier op het kruispunt rechts af en daarna
linksaf.
Deze weg afrijdend lijkt het erop dat de weg eindigt bij een groot huis. Rechts ziet u
echter een weg met een wegdek van grote stenen naar beneden gaan. Als u deze weg volgt
komt u vanzelf op de parkeerplaats.
Van hieruit kunt u naar het meer lopen. De picknicktafels staan aan de linkerkant van
deze weg.
De terugweg (plm. 30 km)
Rijdt terug tot de boerderij die op de wegsplitsing staat. Ga hier nu niet linksaf
(terug naar Aussos), maar blijf de weg volgen. Een splitsing in de weg kort daarop kan tot
verwarring leiden, want de weg rechtsaf die kennelijk naar een huis leidt - ziet er
qua wegdek beter uit dan de weg die links gaat. Ga echter toch linksaf. Links ziet u nu
een vennen-achtig gebied en rechts ziet u het meer.
Blijf rechtdoor rijden totdat u voor de tweede keer bij een stopbord komt. Sla hier
rechtsaf. U rijdt nu over de [D40] langs de noordoostelijke zijde van het meer. Na
ongeveer 4 km komt u op een wegsplitsing. Neem hier, op de [D171] de richting
Monbardon,
dat is rechtsaf. Na ongeveer 3 km komt u weer, net als op de heenweg, door Monties en
vervolgens door Monbardon. Na ongeveer 3,5 km neemt u de afslag linksaf. Dit is de [D632]
die u weer terug brengt naar Lombez.
|