achterzijde van het chateau met zwembad


Villa's te huur
Villa's te koop 
Algemene informatie
Ons Parc en de omgeving
     Restaurant
     De omgeving
     Fotoboek
     Autotochten
     Fietstochten
     Wandelingen
Nieuwsbrieven
Het weer
Gastronomie, Kunst en Bibliotheek
Informatie voor (potentiele) eigenaren
Links

 
Foto galerij natuur

Spechten
Bij de picknicktafel naast het zwembad, in de eerste boom met witte zwam en spechtgaten, zat in 2004 een nest grote bonte spechten, met tenminste 2 jongen.

De ouders trokken zich weinig van het zwembadvolk aan, en vlogen af en aan met voer voor de continu schril krijsende peuters.

Opmerkingen:
- bovenstaande foto's zijn overgenomen van een videofilm, vandaar dat ze iets minder scherp zijn, en niet groter getoond kunnen worden.
- hoewel de bewuste boom sinds deze foto reportage helaas (wegens slechte gezondheid) is gekapt, zien we de grote bonte spechten nog geregeld in het Parc, net als hun verre familieleden de groene spechten.

 
Boomkikker
De kleine boomkikker moet kennelijk nog erg wennen aan de nieuwe omgeving. Inplaats van in een boom, zit ie hier op de muur van een huis.

Vooral in de nazomer kun je deze kikker overal aantreffen. En of het steeds om dezelfde ging of dat het er meerdere waren weet ik niet, maar zes tot zeven keer heb ik er een in of om het huis aangetroffen, die ik dan naar een holte in een stenen muur bracht.

Via Internet kwam ik in contact met Mario Jungman van Biolab. Hij e-mailde me het volgende:
De kikker(s) die jou en je vrouw lastig valt is de Hyla arborea (de europese boomkikker) en deze kikkers zijn samen met de europese padden de enige amfibieeën die op het land overwinteren. Alle andere kikkersoorten gaan vroeger in winterslaap, dus lijkt me dit de juiste soort. Boomkikkers zoeken het liefst een wat warmere plek op om te overwinteren, en het liefst een plek die niet bevriest. Normaal zoeken de dieren beschutting onder grote hopen dorre bladeren, achter schors, diepe gaten in bomen, onder boomstronken en diepe grotten. Maar in bevolkt gebied ook in, onder, en tussen huizen.

Probeer een plek rond jullie huis te vinden waar bijvoorbeeld veel dood hout / boomstronken te vinden is, de rotswand, en stenen zijn nogal koud dus het diertje zoekt dan steeds weer de warmste plek, en komt dan weer automatisch bij jullie huis terecht. Onder boomstronken of grote hopen bladerafval bevriest de grond niet snel, en dit zijn dan de ideale plekken voor amfibieeën en reptielen om te overwinteren.

Reactie Wim de Wild (mei 2002):

Het boomkikkertje lijkt mij een Hyla meridionalis, die in Zuid-Europa voorkomt.
Hij is nauw verwant aan de in Nederland voorkomende Hyla arborea. Op de
foto is het niet duidelijk zichtbaar, maar waarschijnlijk hebben de flanken van
het dier een effen groene kleur. De flanken van de h. arborea hebben een zwarte
streep. Beide soorten echter hebben een zwarte streep over het gezicht.

 

Hier zitten nog twee boomkikkers, op het "Te Koop" bordje voor de villa van Bart en Annie Kuijer, 113, goed op te letten welke aspirant kopers langs komen!

Pad en vroedmeesterpad
Deze knaap bezoekt in de zomeravond regelmatig ons terras, wachtend op de insecten die afkomen op de terrasverlichting. Hier heeft ie een plaatsje gevonden op de drempel van de terrasdeur.

De vroedmeesterpadden (alleen de mannetjes, om hun territorium af te bakenen) laten een kort fluitend geluid horen. Toeristen die ze 's nachts horen, denken soms dat het een alarminstallatie is die signaleert dat er met een of andere machine wat mis is. Hun verspreidingsgebied bereikt hier )in Nederland) ongeveer zijn noordelijke grens maar in Frankrijk zijn ze wellicht heel wat algemener.
(bron: Rik Palmans)

Uit de foto blijkt dat de dieren hun eieren meenemen op hun rug. De latijnse naam van de vroedmeesterpad is Alytes obstreticans

Vuursalamander
Bij de schuurdeur, in de ruimte tussen de huismuur en de stoeptegels, lag iets dat leek op een stuk geel-zwarte tuinslang. Maar toen ik het goed bekeek, zag ik dat het heel iets anders was: een salamander die, kennelijk door het mooie weer, uit zijn winterslaap was gekomen:

  Dit fotootje stuurde ik naar Charlotte Vermeulen van Artis en die vertelde me dat het een Vuursalamander is met de Latijnse naam salamandra salamandra. "De Vuursalamander is een vrij gezette, nachtactieve landsalamander die ongeveer 15 cm. lang wordt. Hij is zwart van kleur en heeft twee onderbroken strepen in de lengte over zijn lichaam lopen. De vuursalamander komt voornamelijk voor in heuvelrijke bronnetjes-bossen met veel overgangssituaties en schuilmogelijkheden. De vuursalamander overwintert diep in de grond."
In Limburg wordt ie Goudsalamander genoemd. In Nederland is deze salamander bijna verdwenen.

Springspin(?)
Wordt in huis veelvuldig aangetroffen.
Een correctie van Charlotte Vermeulen, Coördinator Internet / Webmaster Artis Zoo: 
Het dier is geen spin. Het is een veldkrekel. De mannetjes hiervan hebben een fraaie melodieuze zang. Tip: gewoon buitenzetten
En nog een correctie, van Matthijs Courbois (september 2003):
De 'veldkrekel' is eigenlijk een huiskrekel (Acheta Domesticus). De veldkrekel komt op droge heide e.d. voor, de huisekrekel alleen op plekken die door mensen extra warm worden gehouden.

Punaise
De officiële naam is Palomena prasina. In Duitsland heet ie Gemeiner Grünling en hier in Frankrijk heeft het diertje de naam Punaise verte des bois . Een Nederlandse naam heb ik er niet voor kunnen vinden.

Muggen zijn hier nagenoeg onbekend. Dit diertje echter komt hier in grote aantallen voor. De eerste raad: raak ze niet aan, want ze scheiden een stinkende vloeistof af!

Als jonkie zijn ze groen met talrijke kleine donkere puntjes; naarmate ze ouder worden, verandert die kleur in bruin. Volwassen is de kever 12-14 millimeter lang. Vliegen kunnen ze goed; in het manouvreren en landen zijn ze iets onhandiger. Soms botsen ze tegen je aan en liggen dan een tijdje op de rug te spartelen, om na een aantal stuipachtige bewegingen toch weer op het landingsgestel terecht te komen.

Ze geven er de voorkeur aan speciaal in uw huis te overwinteren; u kunt er dan ook de gehele winter van 'genieten' want regelmatig zie je er één op een muur of plafond. Waar ze zich in huis schuilhouden is mij nog steeds een raadsel. Een schrale troost: ze zijn niet aggressief, steken of prikken niet en in april is het voorbij. Dan gaan ze naar buiten en leggen ze hun eieren. Hun levensdoel is het verpesten van de fruitoogst: appel- en perenbomen worden er door besmet, met als resultaat misvormde appels en versteningen in peren. Wat ze dan ook hier doen is mij ook niet geheel duidelijk; zoveel fruitbomen zijn hier nou ook weer niet...

De Crex crex of op z’n Nederlands: de kwartelkoning
Al een paar maar waargenomen in het Parc, maar omdat het tot op heden niet is gelukt er een foto van te maken een foto van een afbeelding, uit "Het beste vogelboek", een uitstekend vogelboek van The Reader’s Digest. Dit boek vertelt over deze vogel het volgende "Vroeger noemde men de kwartelkoning ook spriet. Het is een verwant van de meerkoet en het waterhoentje. De kwartelkoning kan vliegen, maar wordt zelden vliegend gezien. De mannetjes onderscheiden zich door een donkere rand om het oog. De doordringende roep "rerp rerp" heeft hem zijn Latijnse naam Crex crex bezorgd"

de Hop
Met het dier maakten wij al kennis in 1998, toen we nog nooit in Lombez waren geweest, laat staan er van gehoord. We bekeken een promotievideo over het Parc. Er is in die opname een scène waar de slaapkamers van de Barbet worden getoond. En als je daar naar buiten kijkt, zie je hem (of haar).
Nu, anno 2001, werkend in de tuin, hoorde ik hem (of haar natuurlijk). Niet dat ik wist dat het een Hop was die dit geluid (klik dit aan en luister) maakte, maar daar kwam ik via Internet achter. En als u dit geluid één keer hebt gehoord, dan herkent u het hier in het Parc vast en zeker:
"doe-doe-doe", daar is de Hop, een vogel met een prachtige verentooi en een kuif die hij opzet als 't ie kwaad is.In de vlucht kun je 'm ook kennen; de vogel heeft de  vleugeltekening van een stuntvliegtuig en fladdert meer dan dat ie vliegt.
Misschien dat het u lukt om er een foto van te maken; mij tot nu toe niet. De illustratie heb ik dus moeten halen uit "Het Beste Vogelboek" een uitgave van The Reader's Digest

Muurwesp
Hiernaast een foto van een bouwvakker met een stukje ruwbouw dat niet door de bouwploeg van Kees Bot is gemaakt. Het is een koker van klei die aan de zijkant van een dakpan van een huis is geplakt.
Maar welk dier doet dat?
Een e-mail met dit fotootje aan Artis leverde het antwoord:
Ons Hoofd Insectarium heeft het navolgende te melden:
"Het is geen Hoornaar. Die bouwt zijn nest in een holle boom. Ik denk dat het de Muurwesp is, Ancistrocerus parietum, een solitaire wesp die met prooi (vooral rupsen) gevulde cellen metselt waarin slechts één larve opgroeit." Groeten uit Artis!

Bidsprinkhaan
Ik weet niet hoe het u vergaat, maar wij zien op ons terras op de meest onverwachte momenten de meest onverwachte dieren.

Zo ook nu. In het septemberzonnetje zit ze daar, de bidsprinkhaan. Als ik, liggend op mijn buik, probeer een foto van haar te maken (wat me niet gelukt), draait ze haar hoofd om en houdt ze me scherp in de gaten.

De Manlis religiosa (want zo heet deze soort) is zeldzaam in Zuid-Duitsland, waar ze wordt beschermd.
In grote delen van Zuid-Europa is deze soort echter zeer algemeen.
Ze komt ook in andere werelddelen voor, zoals in Noord-Amerika.
De eipakketten worden in de nazomer en herfst gelegd, meestal onder stenen, en overwinteren aldaar.
De 80 tot 200 jongen komen in mei of juni uit.

Onderstaande link geeft wat meer uitleg:

http://www.geocities.com/crcpel/Bidsprinkhanen.html?20068

Bidsprinkhaan

Slang
In april van dit jaar zag Ton van Dalen een grote slang (nee - geen tuinslang) in zijn tuin. Hij heeft zelfs kans gezien deze twee foto's te maken. 

Ton  denkt zelf dat het een hagedisslang (Malpolon Monspessulanus) zou kunnen zijn.

Ik (Miep) heb er mijn Elsevier reptielenboekje eens op nagekeken, en zie behalve de hagedisslang nog een slang, die 'bij ons' voorkomt en qua tekening en lengte beter overeenkomt, de Geelgroene Toornslang (Coluber viridifavus)

Helemaal duidelijk is het niet: in zo'n boekje wordt je meteen aangeraden om schubben te tellen, de staart omvang te meten, kortom, waarom heeft Ton niet even aan de slang gevraagd hoe hij heet?

Weet iemand het antwoord?

 

Waarop we dit antwoord ontvingen, van Ingrid Kuijer:

"ik denk dat dit meer op de slang lijkt van jullie foto's (dat typische dambord patroon). Dit is de Gewone Kousebandslang (Thamnophis sirtalis sirtalis)".

De gelijkenis is inderdaad groot, maar deze slang komt in het wild niet in Europa voor. Of zou hij uit een dierentuin / privé verzameling ontsnapt zijn?
 

En een reactie van Wim de Wild:
De slang die niet met zekerheid kan worden gedetermineerd is naar alle
waarschijnlijkheid de Coluber viridiflavus, die inderdaad in het gebied
voorkomt.
 
En nog een van Ryan O'Donnell (USA): 
Als de slang in Amerika gezien was zou het een Masticophos soort zijn, maar ik weet niet wat daar de Europese tegenhanger van is.
 
Vogels en ekkhoorns
De vogels in het Parc zijn er intussen aan gewend dat die rare Hollanders brood en ander lekkers strooien en vetbollen ophangen. Tijdens de eerste jaren dat ons Parc bewoond werd snapten ze daar nog niets van, maar nu weten ze precies in welke tuin er zojuist iets nieuws is gestrooid of opgehangen, en komen er direct ijverig van eten. Echt nodig is het voeren eigenlijk niet: in de hele streek is voldoende voer te vinden, maar het natuurlijk erg leuk als je in je achtertuin koolmezen, pimpelmezen, roodborstjes, boomklevers en vinken van dichtbij kunt observeren. Af en toe komt er ook nog een kwarteltje, fazant of groene specht langs, hoewel die niet direct voor het volgelvoer komen. 

Ook de eekhoorns hebben veel belangstelling voor alles wat eetbaar is in onze tuinen, maar tamme eekhoorns kunnen erg lastig worden, dus laat die maar lekker hun eigen kostje bij elkaar zoeken: eikels genoeg in en onder de bomen! 

En nog een waarschuwing: sommige van de plastic netjes, waarin pinda's en vetbollen worden verkocht, zijn erg gevaarlijk voor kleine vogels: ze raken er soms met een pootje in verstrikt, en kunnen dan niet meer los komen!

Sorgum
Als de zonnebloemen zijn geoogst domineren de velden met sorgumzaad het landschap. Het zaad wordt gebruikt als varkensvoer.

In de manage
Kinderen maken een rondritje in de omgeving
(foto Bob Hillebrandt)

Onze veestapel

U heeft ook nog steeds een plaatje tegoed van onze geiten. Hier zijn ze dan.

 

Berggeit
Ook buiten ons Parc zijn interessante dieren te zien.
 
Hierbij mooie foto's van de berggeit uit het natuurgebied Parc National des Pyrénées tussen Spanje en Frankrijk.
 

   

Gebruiksvoorwaarden
 

Zwembaden